Gebarentaal

Vandaag hoorde ik op het nieuws dat een belangvereniging, Ieder(in) ervoor pleit om bij een persconferentie over grote gebeurtenissen, een gebarentolk in te zetten. Dat zou dan ook uitgezonden worden op TV. Dat is heel goed nieuws voor alle mensen die doof zijn en Gebarentaal kennen. Het voelt ook als een erkenning voor Gebarentaal. In het buitenland, zoals onlangs in Nieuw-Zeeland, is het vaak wel gebruikelijk om bij persconferenties een gebarentolk in te zetten, maar in Nederland nog niet. Of het inderdaad gaat gebeuren en zo ja, per wanneer, dat is nog onduidelijk, maar in elk geval is er de intentie. Laten we hopen dat het er inderdaad komt, zodat het ook voor doven mogelijk is om bij belangrijke gebeurtenissen te kunnen verstaan wat er gezegd wordt.

Afgelopen zaterdag, tijdens de interessante en leuke Human Library in Waalwijk, kreeg ik een vraag van iemand over Gebarentaal en Nederlands met Gebaren, ook wel ondersteunende gebaren genoemd. Allereerst: De gebaren zijn hetzelfde. Het verschil zit hem in het gebruik. De volgorde van het gebaren, de grammatica verschilt. Nederlands met gebaren is eigenlijk net wat het zegt: gesproken Nederlands ondersteunt met gebaren. Ik heb al eerder gezegd dat Gebarentaal een heel eigen taal is, net als Engels of Frans, dat het een eigen grammatica, een eigen zinsbouw heeft. Met Nederlands met Gebaren, is dat net even wat anders. De zinsbouw van het Nederlands wordt aangehouden, maar de gebaren zijn hetzelfde als in Gebarentaal. In Gebarentaal wordt vaak door de zinsbouw uitgelegd wat er bedoeld wordt. Bijvoorbeeld of een kopje óp of ónder de tafel ligt. Dan wordt er niet precies het voorzetsel apart gebaart, maar door de woordvolgorde weet je of het op of onder is. Bij Nederlands met gebaren gebaar je ook het woord op of onder. Daarnaast heeft elk land, elke taal, zijn eigen Gebarentaal. Nederlandse gebaren zijn anders dan bijvoorbeeld Duitse of Engelse. Sommige gebaren zijn hetzelfde of in elk geval herkenbaar. Denk dan aan gebaren voor dingen. Een huis of een tafel gebaar je nu eenmaal als de vorm van het ding. Simpel. Maar zoiets als een kleur of een gevoel is lastiger. Daarom is er International Sign Language ontwikkeld, een internationale Gebarentaal. Zoiets als Esperanto voor doven. Een groot deel van de gebaren is overgenomen uit een of meerdere andere Gebarentalen, sommige gebaren zijn nieuw gemaakt en de grammatica is makkelijk. Zo kunnen doven uit de hele wereld met elkaar communiceren, zoals bijvoorbeeld op de universiteit Gallaudet in Washington, waar Gebarentaal de taal is van studenten en hoogleraren. Zo wordt het gebruik van Gebarentaal steeds normaler. Fijn voor doven en makkelijk voor horende, die ook gebruik kunnen maken als gesproken taal niet gaat. Bijvoorbeeld om op een druk feestje aan je vriend te vragen of hij een biertje wil. Dat kan heel makkelijk met Gebarentaal. Daarvoor hoef je niet super goed in Gebarentaal te zijn, gewoon even het gebaar voor 'bier' maken, een vragende mimiek opzetten, en je vriend zal het snappen. Leuk om te doen! Als je je afvraagt hoe het gebaar voor bier is, kijk dan op het gebarenwoordenboek van het gebarencentrum: https://www.gebarencentrum.nl/gebaren/mini-gebarenwoordenboek/

Groetjes, Saskia


Twitter Facebook LinkedIn Volgen



Kleurtjes

Hoezo bijzonder?

Vooroordelen?

Je hoort toch goed?

Week tegen Eenzaamheid